1. Oriëntatie: architecten houden rekening met de oriëntatie van het gebouw en de locatie. Zij zorgen ervoor dat het gebouw in de juiste richting op de zon staat. Op deze manier kan er zoveel mogelijk natuurlijk licht het gebouw binnenkomen.
2. Bouwplaats: Architecten zorgen er ook voor dat de bouwplaats niet overschaduwd wordt door andere gebouwen en bomen. Op deze manier kan het natuurlijke licht het gebouw binnenkomen en het helder maken.
3. Raamplaatsing: architecten ontwerpen gebouwen zo dat de ramen strategisch zijn geplaatst, zodat het natuurlijke licht het gebouw kan binnendringen. Ze houden ook rekening met de grootte, hoogte en vorm van de ramen.
4. Reflecterende oppervlakken: architecten ontwerpen het gebouw met reflecterende oppervlakken die natuurlijk licht in de binnenruimten weerkaatsen. Op deze manier kan de hoeveelheid natuurlijk licht worden gemaximaliseerd.
5. Dakramen: architecten gebruiken ook dakramen om het natuurlijke licht te maximaliseren. Dakramen kunnen op het dak of de muren van het gebouw worden geïnstalleerd om meer natuurlijk licht binnen te laten.
6. Interieurontwerp: architecten houden ook rekening met de interieurindeling van het gebouw. Ze zorgen ervoor dat de open ruimtes meer natuurlijk licht krijgen, en de gesloten ruimtes licht van de open ruimtes.
Kortom, architecten gebruiken een combinatie van oriëntatie, locatie, plaatsing van ramen, reflecterende oppervlakken, dakramen en interieurontwerp om natuurlijk licht te maximaliseren en goed verlichte gebouwen te creëren.
Publicatie datum: